Europa haalt 43 miljard euro op met verkoop CO2-rechten, ook Nederland krijgt zak geld
Europa heeft in 2023 ruim 43 miljard euro opgehaald met het verkopen van rechten waarmee bedrijven CO2 mogen uitstoten. 1,3 miljard euro daarvan kwam ten goede aan Nederland, blijkt uit cijfers van het Europees Milieuagentschap. De cijfers gaan over
Europa heeft in 2023 ruim 43 miljard euro opgehaald met het verkopen van rechten waarmee bedrijven CO2 mogen uitstoten. 1,3 miljard euro daarvan kwam ten goede aan Nederland, blijkt uit cijfers van het Europees Milieuagentschap.
De cijfers gaan over het eerste jaar dat landen dit geld moeten uitgeven aan klimaatprojecten. Voordien werd het alleen aangemoedigd, maar was het niet verplicht. Waar Nederland het precies aan uitgeeft is lastig te volgen, omdat het geld niet geoormerkt is.
In 2017 bedroegen de Europese inkomsten uit CO2-rechten nog fors minder: 5 miljard euro. Omdat de CO2-prijs sindsdien is gestegen, nemen de inkomsten toe. Het Europees Milieuagentschap verwacht dat dit in toekomst alleen nog maar meer zal worden.
Helft van de uitstoot in de EU
Europese lidstaten verdienen dus sinds een paar jaar goed aan dit emissiehandelssysteem (ETS), dat al bestaat sinds 2005. Het is bedacht om bedrijven die veel uitstoten te stimuleren om te verduurzamen en daarmee hun CO2-uitstoot naar beneden te brengen, want uitstoten kost geld. Ongeveer 10.000 bedrijven (die dus veel uitstoten) in 30 landen moeten deze rechten kopen. Samen zijn zij verantwoordelijk voor ongeveer de helft van alle CO2-uitstoot in de EU.
Van die ruim 43 miljard euro, gaat 33 miljard euro direct naar de lidstaten. De rest gaat naar Europese fondsen waar bijvoorbeeld innovatieprojecten uit gefinancierd kunnen worden. Zo werd onlangs bekend dat er miljarden gaan naar de ontwikkeling van batterijen voor elektrische voertuigen en de productie van hernieuwbare waterstof.
Hieronder is te zien waar de Europese lidstaten hun geld in 2023 aan toekenden, vooral aan binnenlandse projecten dus. Twee derde van die uitgaven aan binnenlandse projecten ging naar energie, openbaar vervoer en mobiliteit. Uitgaven aan internationale projecten, bijvoorbeeld in de vorm van ontwikkelingssamenwerking, blijven ver achter: zo'n 100 tot 200 miljoen euro per jaar.
Na Duitsland, Polen, Italië, Spanje en Frankrijk, krijgt Nederland de meeste inkomsten uit deze CO2-markt. Duitsland heeft met de veiling 7,6 miljard euro opgehaald.
Uitgaven van Nederland onduidelijk
Het ministerie van Financiën kan niet zeggen waar Nederland dit geld precies aan uitgeeft. Een woordvoerder: "Volgens Nederlandse begrotingsregels worden inkomsten en uitgaven van elkaar gescheiden. Dat betekent dat ontvangsten, zoals van die van de CO2-rechten, in de regel niet worden geoormerkt voor bepaalde uitgaven."
Het geld is dus niet te volgen, maar Nederland moet wel precies even veel uitgeven als het binnenkrijgt. Dus Nederland moet minimaal die 1,3 miljard euro uitgeven, al mag het ook uit een ander potje komen. Het ministerie laat weten dat in 2023 het meeste verduurzamingsgeld is gegaan naar een subsidiepot om woningen te verduurzamen.