Samen bouwen aan een sterker DAK
Tim Schoonbergen is sinds 1 oktober terug bij DAK Intermediairscollectief. Zijn eerste 100 dagen zitten er bijna op en één ding staat voor hem vast: het coöperatieve gedachtegoed moet weer met meer trots uitgedragen worden. Want dat is in een competi
Tim Schoonbergen is sinds 1 oktober terug bij DAK Intermediairscollectief. Zijn eerste 100 dagen zitten er bijna op en één ding staat voor hem vast: het coöperatieve gedachtegoed moet weer met meer trots uitgedragen worden. Want dat is in een competitieve markt waar de marges onder druk staan, de onderscheidende kracht van DAK.
“De coöperatieve gedachte moet weer voorop staan”
D e functie van algemeen directeur was bij DAK vacant geworden na het vertrek van Tim Rijvers, die Schoonbergen in 2011 opvolgde toen deze CEO werd bij serviceprovider Nedasco. Bij zijn terugkomst trof hij naast de herkenbare familiaire warme sfeer ook een ander DAK aan. Sterk gegroeid en met een veel breder productportfolio bestaande uit verzekeringen, hypotheken, volmachten, autolease en kredieten. Die brede insteek is volgens Schoonbergen intellectueel heel interessant, maar maakt het geheel ook complexer. “Als je op al die gebieden in de eredivisie wilt meespelen, dan moet je dus ook heel veel kennis en mankracht in huis hebben. We doen nu zo veel dingen heel goed, dat je ook de vraag kunt stellen waarom we op al die gebieden in de eredivisie willen meedoen. De eerste divisie kan soms ook goed genoeg zijn”, aldus Schoonbergen.
Krappe marges
Wat hem na zijn terugkomst bij DAK het meest opviel waren de krappe marges, met name in het hypotheekbedrijf. “Onze mensen doen best veel werkzaamheden waar DAK geen geld voor krijgt, waardoor de marges eigenlijk alleen maar krapper worden. Door de veranderende samenstelling van het type aanvragen zijn de werkzaamheden per dossier de afgelopen jaren aanzienlijk toegenomen.” Een van die hoofdpijndossiers is bijvoorbeeld het ontslag hoofdelijke aansprakelijkheid (OHA), waarover Schoonbergen verderop in deze editie in een column op pagina 63 de noodklok luidt. “Achter iedere OHA-aanvraag schuilt een gezin met een serieus probleem dat om een snelle oplossing vraagt. Maar in plaats van klantgerichte hulp, raken adviseurs verstrikt in tijdrovende en inefficiënte processen die door geldverstrekkers worden opgelegd. Een aantal geldverstrekkers lijkt vooral de andere kant op te kijken en de adviseur en wij mogen het oplossen. En dat doen we dus ook. Voor de klant, laat dat duidelijk zijn.”
Klantgerichtheid
Dit probleem is volgens Schoonbergen al vaker aangekaart bij de betreffende geldverstrekkers, maar tot nu toe blijft verandering uit en lijkt de focus in zijn beleving vooral gericht op nieuwe productie. Schoonbergen stuit met regelmaat op werkzaamheden die bij DAK worden gedaan omdat de geldverstrekkers het laten afweten. “Die klantgerichtheid richting adviseur en consument is waar we voor staan, maar zorgt er ook voor dat de marges krapper worden. Je kunt anderen niet steeds meer van je rommel laten opruimen waardoor wij in een soort van een squeeze terecht komen. Daarover ga ik de komende tijd het gesprek aan. Geldverstekkers zijn er tenslotte ook bij gebaat dat er voldoende serviceproviders zijn die dit mooie en noodzakelijke werk willen doen om die klant, waar we het allemaal voor doen, zo goed mogelijk te helpen. Dan moeten ze dat bestaansrecht ook borgen met een werkwijze die ons helpt dit mooie werk voort te zetten.”
Strijdvaardig
De uitkomst van die gesprekken zou ook kunnen zijn dat er aanbieders verdwijnen van het schap. Schoonbergen vindt het niet in het belang van de leden om samen te werken met aanbieders die een werkwijze hanteren die onevenredig veel werk voor ons met zich meebrengt. “Dat wil je natuurlijk niet. Tegelijkertijd, hoe uniek is de gemiddelde geldverstrekker? We doen zaken met 25 aanbieders, een paar minder hoeft je propositie niet per definitie wezenlijk minder te maken. We zijn op een punt aangekomen dat dit de keuze is en ik vind het jammer dat we het als branche zover hebben laten komen. Maar het kan aan de andere kant toch ook niet zo zijn dat we het normaal gaan vinden dat we onevenredig veel moeite moeten doen om met bepaalde geldverstrekkers samen te werken?“, aldus een strijdvaardige Schoonbergen.
Samen investeren
Naast het verbeteren van de kostenmarges wil Schoonbergen met de leden van DAK ook gaan bouwen aan een sterker ‘samen’. Als coöperatie is DAK van de leden, maar Schoonbergen merkt dat de coöperatieve gedachte niet onder alle leden even sterk leeft. Het gevoel van samen zijn we sterk wil hij terugbrengen. Vooral ook omdat de coöperatieve gedachte DAK onderscheid van de concurrentie die in handen is van investeerders of Private Equity partijen die veelal winstmaximalisatie nastreven. “DAK heeft die unieke structuur, maar haalt daar nog niet het maximale uit. De adviseur is DAK en als alle leden gelijk bijdragen kunnen we het elk jaar samen beter doen. Maar de praktijk is dat een aantal leden meer willen nemen dan geven. Dat heb je in elke bedrijf, maar binnen een coöperatie zou je dat eigenlijk liever niet willen. Dat moet beter in balans komen.”
“Samen ondernemen betekent ook samen investeren”
Daarom gaat DAK de komende tijd de coöperatieve voordelen duidelijker naar voren brengen. De winst die de coöperatie maakt wordt volledig geïnvesteerd in de coöperatie. Schoonbergen: “Bij hypotheken merken de leden dat aan de sterke dienstverlening op dagverwerking. Dat kan tegenwoordig ook niet iedereen zeggen. Ik vraag mij soms af of dit door iedereen ook gezien wordt als de kracht van de coöperatie. Wees je er daarom meer van bewust dat je bij een coöperatie één ding zeker weet en dat is dat jouw belang altijd op de eerste plaats komt. Bij de andere grote serviceproviders weet je zeker dat dit niet het geval is, omdat daar het belang van de aandeelhouder op de eerste plaats komt.”
Samen ondernemen
Een van de dingen die Schoonbergen voor elkaar wil krijgen is meer gemeenschappelijkheid creëren in het volmachtbedrijf. Je kunt dan bijvoorbeeld denken aan een ondernemingsvorm waarbij leden op vrijwillige basis mee investeren in de doorontwikkeling van bepaalde bedrijfsonderdelen. Op die manier profiteren alle leden van de voordelen, maar de echte investeerders net wat meer.
In gesprek gaan
Schoonbergen: “Ik heb daar nog geen kant-en-klare oplossing voor hoor. Maar je zou dat wel vanuit de bestaande activiteiten kunnen uitwerken. Het is een gedachte en zeker nog niet concreet, maar ik zou in 2025 graag willen onderzoeken of we dit concreter kunnen uitwerken omdat ik persoonlijk geloof in de combinatie van samen investeren, committeren en profiteren. We gaan hierover met de leden in gesprek om te onderzoeken waar de interesses en mogelijkheden liggen. Samen kunnen we DAK mooier maken en daarom ben ik blij dat er elke maand weer opnieuw meer adviseurs voor DAK kiezen. De coöperatie groeit als nooit tevoren. Laten we daar samen in 2025 het maximale voordeel uithalen door samen te bouwen aan een DAK met een schitterende toekomst.”
Dit interview is te lezen in de InFinance-special Kansen & Visies 2025
Elke werkdag het belangrijkste financiële nieuws in uw mailbox? Meld u gratis aan voor InFinance Daily.
Verwant
Deel deze pagina
Gastberichten door Easy Branches
