Vlaamse regering moet toegeven: afschaffen jobbonus en duurdere waterfactuur staan nog ter discussie
Het was een debat op het scherp van de snede in het Vlaams Parlement: het voornemen om de jobbonus af te schaffen. Als dat toch niet gebeurt, dan zijn verdere besparingen nodig, moest Vlaams minister-president Matthias Diependaele (N-VA) toegeven. Ke
Het was een debat op het scherp van de snede in het Vlaams Parlement: het voornemen om de jobbonus af te schaffen. Als dat toch niet gebeurt, dan zijn verdere besparingen nodig, moest Vlaams minister-president Matthias Diependaele (N-VA) toegeven.
Key takeaways
- De afschaffing van de jobbonus is nog niet definitief. Indien die behouden blijft, moet de Vlaamse regering elders besparen.
- Over de stijging van de waterfactuur en de tickets van De Lijn blijft onduidelijkheid.
- De daling van de erfbelasting komt er pas in 2026. Ook dit is nog niet concreet gemaakt.
Waar het om draait: De jobbonus, de trots van Open Vld in de vorige legislatuur, verdwijnt gefaseerd. Nu krijgen werknemers met een inkomen tot 3.000 euro bruto per jaar een bonus die maximaal 700 euro bedraagt.
- Tom Ongena (Open Vld) schoot met scherp op dat idee. Volgens hem zouden vooral mensen met een laag inkomen het slachtoffer worden van de afschaffing van het systeem.
In het nieuws: De afschaffing van de jobbonus is evenwel nog niet zeker.
- Diependaele geeft aan dat de Vlaamse regering hoopt dat de federale regering, die vermoedelijk langs Vlaamse kant dezelfde partijen zal bevatten, het verlies zal compenseren. De federale fiscale hervorming moet een belastingverlaging kennen als uitkomst. Indien dat niet gebeurt, dan blijft de Vlaamse jobbonus behouden.
- Als de jobbonus blijft, loopt het Vlaamse niveau een besparing van 200 miljoen euro mis. Die moet dan op een andere manier gecompenseerd worden, erkende Diependaele.
- Ongena neemt die strategie op de hak: “De enige mogelijkheid die je op Vlaams niveau hebt om werken meer te doen lonen, zet je nu bij het huisvuil”, verwijt hij Diependaele. Hij vindt dat Vlaanderen niet alles van het federale niveau kan laten afhangen.
Prijsstijgingen water en bus nog onbekend
Nog onduidelijkheid (1): De stijging van de waterfactuur.
- Drinkwater zuiveren kost de overheid nu 113 miljoen euro, en dat zal voortaan verrekend worden in de waterfactuur. Grootverbruikers zullen hun afrekening zien stijgen terwijl de factuur van kleine verbruikers gelijk blijft of zelfs daalt.
- Maar met hoeveel de waterfactuur straks zal stijgen, is onduidelijk. “Ik ken het exacte bedrag nog niet”, moest Vlaams minister van Omgeving Jo Brouns (cd&v) toegeven. Hij bevestigt wel dat hij “meer wil sturen op het verbruik”.
Nog onduidelijkheid (2): De prijsstijging van de bustickets.
- Vlaams minister van Mobiliteit Annick De Ridder (N-VA) heeft haar plannen voor De Lijn toegelicht. De Vlaamse regering hoopt 70 miljoen euro aan extra inkomsten te krijgen uit de vervoersmaatschappij. 30 miljoen euro moet komen uit strengere controles op zwartrijden, 40 miljoen euro zal uit extra ticketinkomsten gehaald worden. Met andere woorden: de prijzen voor een buskaart worden duurder.
- De Lijn mag van de overheid straks zijn eigen tarieven bepalen. Het is een doorn in het oog van Jos D’Haese (PVDA): “Jullie kunnen hopen dat de prijzen op magische wijze zullen dalen, maar die gaan omhoog gaan”, voorziet hij. Door de vrijheid voor De Lijn mag de maatschappij nu ook variëren in prijs. Het kan dus zijn dat bustickets straks meer zullen kosten op bepaalde trajecten.
- Hoeveel extra reizigers zullen moeten betalen, valt nog af te wachten. De regering houdt wel nog controle over de sociale tarieven en de tarieven voor jongeren. Minister van Jeugd Melissa Depraetere (Vooruit) maakt zich alvast sterk dat die laatste zullen dalen.
Verlaging erfbelasting pas voor 2026
Nog onduidelijkheid (3): De hervorming van de erfbelasting moet nog uitgerekend worden.
- De erfbelasting zal verlaagd worden. In het cijferboekje van minister van Begroting Ben Weyts (N-VA) staat dat die verlaging de Vlaamse overheid 300 miljoen euro kost. Maar hoe alles er concreet uitziet, is nog niet beslist. “We hebben nog de nodige tijd en ruimte om een en ander voor te bereiden”, zei Weyts daarover in het parlement.
- De minister geeft zichzelf de tijd tot 2026, dan pas zal de erfbelasting dalen. “Onze focus ligt op de kleine en middelgrote erfenissen”, aldus Weyts. Ondertussen werd wel al duidelijk dat het systeem van schenkingen verstrengd wordt door een langere verdachte periode in te voeren. Bepaalde fiscale achterpoortjes zullen gesloten worden.