EU-lidstaten versterken collectieve lucht- en raketverdediging

Key takeaways Achttien EU-lidstaten hebben zich verenigd om hun collectieve lucht- en raketverdedigingscapaciteiten te versterken. Het Europees Defensieagentschap (EDA) stelt verschillende samenwerkingsgebieden voor, waaronder elektronische oorlogsvoering en drijvende munitie, naast lucht- en raketverdediging. Het EDA benadrukt het strategische belang en de potentiële economische voordelen van deze projecten en wijst op de noodzaak van proactieve maatregelen om te voorkomen dat lidstaten dubbel werk doen op het gebied van onderzoek en ontwikkeling. Versterking van collectieve lucht- en raketverdediging

Een aanzienlijk aantal EU-lidstaten heeft zich verenigd om hun collectieve lucht– en raketverdedigingscapaciteiten te versterken. Achttien landen hebben zich gecommitteerd aan een gezamenlijk initiatief om deze kritieke systemen te verbeteren door ontwikkelingskosten te delen en gecoördineerde inspanningen te leveren.

Deze strategische zet geeft prioriteit aan het versterken van de Europese lucht- en raketverdediging als een belangrijk aandachtspunt voor militaire samenwerking binnen de EU. De Poolse staatssecretaris van Defensie, Paweł Ksawery Zalewski, benadrukte het belang van deze inspanning: “We hebben het over alle capaciteiten, inclusief raketafweersystemen en droneafweersystemen. Dit is dus een cruciaal punt, want een voordeel hebben in de lucht bepaalt de oorlog.”

Gecoördineerde inspanningen op verschillende fronten

Hoewel lucht- en raketverdediging de meeste aandacht heeft gekregen van de Europese hoofdsteden, stelt het Europees Defensieagentschap (EDA) verschillende andere samenwerkingsgebieden voor: elektronische oorlogsvoering waarbij 14 lidstaten betrokken zijn, drijvende munitie waarbij 17 lidstaten betrokken zijn en Europese oorlogsschepen waarbij zeven lidstaten betrokken zijn. Het EDA erkent dat de EU momenteel kampt met een tekort aan direct inzetbare luchtverdedigingssystemen en schrijft dit toe aan de relatieve nieuwheid van deze technologieën in praktische toepassingen.

Hoewel de technologische basis aanwezig is, ligt de nadruk op het overbruggen van de kloof tussen innovatie en operationele gereedheid. Het EDA benadrukt het strategische belang van dit project en wijst ook op de potentiële economische voordelen voor alle lidstaten. Stefano Cont, directeur van Capability, Armaments and Planning bij het EDA, benadrukt dat “Geïntegreerde raketverdediging een zeer brede reeks activiteiten is. De capaciteiten kunnen veel verschillende strijdkrachten en industriële projecten ondersteunen en zijn daarom zeer relevant voor de Europese defensie- en technologiebasis.”

Economische voordelen en technologische vooruitgang

Cont gaat verder in op de impact van het project op verschillende sectoren: “Deze capaciteiten brengen veel innovatie en nieuwe technologieën met zich mee. Het is dus een grote stimulans voor onze economie, niet alleen voor grote industrieën, maar ook voor kleine en middelgrote ondernemingen en onderzoek.”

Het EDA benadrukt dat dit initiatief verder gaat dan louter militaire overwegingen. Het gaat om uitgebreide risicobewaking en -analyse met behulp van geavanceerde instrumenten zoals satellieten, communicatietechnologieën en kunstmatige intelligentie. Sensoren en radars in de ruimte spelen een cruciale rol bij het vroegtijdig identificeren van potentiële bedreigingen.

Strategisch belang en technologische superioriteit

Cont benadrukt de noodzaak van proactieve maatregelen: “We moeten absoluut de kwantiteit van onze systemen verhogen. We moeten ons vermogen vergroten om zo vroeg mogelijk te begrijpen waar bedreigingen vandaan komen.” Hij benadrukt verder het belang van het behouden van technologische superioriteit: “Ten tweede moeten we een technologische voorsprong behouden die ons in staat stelt om deze systemen te verslaan,” eraan toevoegend dat er op dit gebied al aanzienlijke vooruitgang is geboekt.

Deze projecten zijn bedoeld om te voorkomen dat lidstaten dubbel werk doen op het gebied van onderzoek en ontwikkeling, terwijl tegelijkertijd gedeelde financiële verantwoordelijkheid wordt gestimuleerd.

Verhoogde militaire uitgaven in de EU-lidstaten

Het rapport 2024 van het EDA onthult een opmerkelijke stijging van de militaire uitgaven in alle EU-lidstaten, met 30 procent ten opzichte van 2021, voorafgaand aan de invasie van Rusland in Oekraïne. Dit jaar zullen de 27 landen naar verwachting 326 miljard euro uitgeven, wat neerkomt op 1,9 procent van het BBP van de EU. Ondanks deze stijging stelt het rapport dat nationale inspanningen alleen niet voldoende zijn om de strijdkrachten van de lidstaten adequaat voor te bereiden op oorlogsscenario’s met een hoge intensiteit.

Wil je toegang tot alle artikelen, geniet tijdelijk van onze promo en abonneer je hier!